In onze begroting hebben wij ramingen opgenomen voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Op grond van de voorschriften mag hiervoor geen voorziening getroffen worden, maar dient hierover wel afzonderlijk informatie in de begroting te worden opgenomen.
In onze gemeente gaat het om de volgende post:
- opgebouwde vakantierechten (wettelijk verlof)
Als de arbeidskosten gerelateerde verplichtingen jaarlijks sterk kunnen wisselen dan moet verplicht een voorziening worden gevormd. Hierna lichten wij de systematiek van toevoegingen en onttrekkingen van de volgende posten toe:
- wachtgeldverplichtingen wethouders
- pensioenen wethouders
- bovenwettelijk verlofsparen
- regeling vervroegde uitkering (RVU)
- sociaal plan
Opgebouwde vakantierechten
Per 1 januari 2017 heeft iedere medewerker de beschikking over het Individueel KeuzeBudget (IKB). Het IKB is een budget in geld dat elke medewerker maandelijks kan inzetten voor zelf gekozen doelen. De jaarlijkse vakantietoelage maakt hiervan onderdeel uit. Met het IKB krijgen medewerkers meer keuzevrijheid over de inhoud van hun arbeidsvoorwaardenpakket. De opbouw van het IKB vindt maandelijks plaats van januari tot en met december van een kalenderjaar en wordt uiterlijk in december uitbetaald. De kosten van het IKB zijn daardoor jaarlijks van ongeveer gelijke omvang en zijn in de begroting opgenomen.
Wachtgeldverplichtingen wethouders
Bestuurders hebben geen garantie dat zij na vier jaar hun zetel kunnen behouden. Wethouders hebben na het einde van het wethouderschap het recht op een Appa uitkering (wachtgeld). De wachtgeldverplichtingen van voorgaande colleges worden steeds in de 2e voortgangsrapportage geraamd voor het eerstkomende begrotingsjaar. Eventuele wachtgeldverplichtingen van het huidige college nemen wij op in de begroting op het moment dat tot werkelijke uitbetaling moet worden overgegaan. In de paragraaf weerstandsvermogen van deze begroting hebben wij bij de risico's rekening gehouden met mogelijke wachtgeldverplichtingen.
Pensioenen wethouders
Wethouders bouwen jaarlijks pensioenrechten op. Hiervoor vormen wij een voorziening. In de begroting houden wij in verband met de toename van de rechten jaarlijks rekening met een toevoeging aan deze voorziening.
Over de periode vóór de invoering van het Besluit Begroting en Verantwoording (2004) is geen voorziening voor pensioenen gevormd. Aan voormalige wethouders of hun nabestaanden wordt een pensioenuitkering betaald. Deze lasten zijn in de begroting opgenomen.
Verlofsparen voor medewerkers
In de CAO voor gemeenteambtenaren is opgenomen dat onze medewerkers hun bovenwettelijk verlof kunnen omzetten naar verlofsparen tot maximaal 3600 uur. In tegenstelling tot het wettelijk verlof verjaart het saldo van verlofsparen niet. Aan het eind van het boekjaar storten wij de waarde van het saldo in de nieuw te vormen voorziening voor verlofsparen.
REGELING VERVROEGDE UITTREDING
Wij hebben een voorziening gevormd voor de lasten van de regeling vervroegde uitkering (RVU). Van medewerkers waarmee een overeenkomst is afgesloten, wordt het benodigde bedrag in de voorziening gestort. In de CAO is opgenomen dat vanaf 2024 medewerkers een RVU uitkering kunnen ontvangen. De medewerker gaat uit dienst en ontvangt gedurende 2 jaren voorafgaand aan zijn AOW datum, een uitkering van de gemeente. De uit te keren bedragen brengen wij ten laste van de voorziening.
VOORZIENING SOCIAAL PLAN
In 2023 is het besluit genomen om een organisatieontwikkeling in te gaan. Op basis van het sociaal plan is bij het opmaken van de jaarstukken 2023 de voorziening gevorm en gevoed. De komende jaren worden bedragen onttrokken ten behoeve van salarisgaranties die op basis van het sociaal plan zijn afgegeven.